Het proefschrift Digitaal lezen, anders lezen? brengt verschillen tussen het lezen van papier en van schermen in kaart. Hoe kan het leesonderwijs hiermee omgaan?
(Vorige versie dateert van 11/01/2024)
ChatGPT: "De toename van digitale media heeft de neiging om te leiden tot kortere aandachtsspannes, aangezien mensen vaak snel door verschillende inhoud bladeren. Dit kan van invloed zijn op het vermogen om diepgaand te lezen en complexe informatie te begrijpen."
Veel vingers wezen naar het thuisonderwijs tijdens de coronacrisis, het lerarentekort en het methodegerichte leesonderwijs. Maar waarschijnlijk speelt ook het veelvuldig gebruik van digitale media, zowel thuis als op school, een rol in de leescrisis. Het huidige medialandschap kent een sterke versnippering, met een woud aan dragers - gedrukte media, televisie, digitale apparaten - en kanalen of platforms - kranten zoals De Telegraaf, televisiezenders zoals NPO1 en sociale media zoals TikTok. Er staat een veelheid aan keuzes tot de beschikking, en dit leidt tot concurrentie. Mensen besteden als gevolg hiervan steeds minder tijd aan lezen, terwijl frequent leesgedrag positief samenhangt met de leesvaardigheid. Binnen het leesdieet maken romans en krantenartikelen bovendien plaats voor kortere teksten op sociale media. Het is juist vooral het lezen van langere teksten en fictie dat de leesvaardigheid stuwt.
Naast de kwantiteit neemt ook de kwaliteit van lezen in het digitale tijdperk af. Digitaal lezen verloopt over het algemeen non-lineair, scannend en vluchtig. Lezers nemen teksten niet van begin tot eind en in het geheel tot zich, maar in delen, waarbij ze er bovendien snel doorheen gaan, korte stukjes lezen en veelvuldig wisselen tussen teksten. Diepgaand, geïntegreerd lezen maakt steeds meer plaats voor oppervlakkig, gefragmenteerd lezen. "Ooit was ik een diepzeeduiker in een zee van woorden", aldus schrijver Nicolas Carr in het boek Het ondiepe: Hoe onze hersenen omgaan met internet. "Nu glijd ik over de oppervlakte als een jetskiër."
Recente meta-analyses bevestigen dat digitaal lezen leidt tot vervlakking. Lezen van het scherm blijkt minder bevorderlijk voor het tekstbegrip dan papier. Dit is het geval voor computers en ook voor specifiek mobiele apparaten, zoals smartphones en tablets. Wel gaat het hoofdzakelijk op voor informatieve, en niet voor verhalende, teksten.
ChatGPT: "Digitale apparaten bieden vaak mogelijkheden voor multitasking, wat kan leiden tot afleiding tijdens het lezen. Meldingen, sociale media en andere online activiteiten kunnen de concentratie verminderen en het begrip van de tekst beïnvloeden."
Papier geniet de voorkeur voor diepgaand tekstbegrip, maar binnen het digitale landschap zijn er ook verschillen. De e-reader komt blijkens twee studies uit mijn proefschrift naar voren als het meest geschikte leesapparaat voor diepgaand, geïntegreerd lezen. Mensen die e-boeken lezen, waarderen de leeservaring van de e-reader nagenoeg even positief als van papier. De e-reader valt voor e-boeken meer in de smaak dan andere digitale apparaten, zoals de tablet, smartphone en laptop. E-readerlezers neigen, in vergelijking tot tablet,- smartphone- en laptoplezers, meer naar een lineair leesproces, waarbij ze de tekst van begin tot eind lezen. Zij taskswitchen tijdens het lezen minder vaak naar andere boeken, informatie, media en applicaties op hun apparaat. Hierdoor hebben ze een meer prettige en optimale leeservaring.
Deze uitkomsten zijn begrijpelijk in het licht van de kenmerken van de digitale apparaten. E-readers zijn uitgerust met een e-ink-scherm, dat de ogen het gevoel geeft van papier, lijken qua afmetingen en met het staande scherm op het gedrukte boek, en kennen een beperkte functionaliteit, uitsluitend gericht op het lezen van boeken en andere teksten.
ChatGPT: "Lezen vereist vaak diepgaande concentratie, vooral bij complexe of technische onderwerpen. Het constant switchen tussen taken kan leiden tot oppervlakkig begrip en het missen van belangrijke details."
Tablets, smartphones, laptops en personal computers bieden toegang tot tal van media en applicaties, zoals voor het kijken van films, series en video's, gamen en het gebruiken van sociale media. Ze nodigen uit om deze tijdens het lezen te gebruiken. Dit leidt tot versnippering van de aandacht over het lezen van de tekst en het ontplooien van andere media-activiteiten. Lezers die regelmatig taskswitchen blijken dan ook minder op te gaan in de tekst. Een meta-analyse wijst uit dat ze langer doen over het lezen, en tot een minder diepgaand begrip komen.
Het maakt hierbij verschil op welke wijze mensen taskswitchen. Als het gaat om taken die geen onderlinge relatie hebben, zoals studenten die elkaar appen tijdens het lezen van een wetenschappelijk artikel, is het effect negatief. Dit verandert blijkens een studie uit mijn proefschrift als er een inhoudelijk verband bestaat. Lezers die bijvoorbeeld de betekenis opzoeken van een moeilijk, onbekend woord of biografische informatie over de auteur, ervaren het lezen juist als prettiger en optimaler. Dit inhoudelijk georiënteerde taskswitchen pakt dus gunstig uit.
ChatGPT: "Het is vaak een kwestie van persoonlijke voorkeur en wat het beste past bij jouw leesgewoonten en concentratiebehoeften."
Het leesproces, taskswitchgedrag en de leeservaring hangen af van het medium, maar ook van de individuele lezer. Dat groepen lezers uiteen kunnen lopen in hun leesbehoeften, komt naar voren uit een studie uit mijn proefschrift. Weinig gemotiveerde lezers krijgen een positieve prikkel dankzij vernieuwende tekstconventies. Een roman met hyperlinks naar audio- en videofragmenten, die inhoudelijk aansluiten op het verhaal, blijkt bij hen de aandacht en mentale verbeelding te vergroten. Weinig gemotiveerde lezers zijn, meer dan gemotiveerde lezers, aangetrokken tot dergelijke digitale verrijkingen.
Hiernaast speelt de adoptie van nieuwe technologie blijkens twee studies uit mijn proefschrift een rol. Mensen die e-boeken lezen, hebben een grotere affiniteit met digitale media. Vooral lezers van e-boeken van de tablet en smartphone behoren tot de zogenaamde innovators en early adopters van nieuwe technologie. Leesbevorderaars zouden deze affiniteit met digitale media actief kunnen gebruiken voor het stimuleren van het lezen van boeken. Hiervoor bestaat evenwel weinig ondersteuning. Een andere studie uit mijn proefschrift laat namelijk zien dat brugklasleerlingen die vrij lezen op de tablet, niet sterker vooruitgaan in leesmotivatie dan leerlingen die vrij lezen op papier.
Er bestaat wel evidentie dat digitale media cognitieve ondersteuning kunnen bieden aan specifieke lezersgroepen. Kinderen die moeite hebben met lezen, varen wel bij luisterboeken. Ze lezen dan zelf terwijl ze gelijktijdig naar de voorgelezen versie luisteren. Het luisteren geeft een steun in de rug voor het zelf lezen, wat hun tekstbegrip en woordenschat vergroot. Peuters en kleuters die het risico lopen op taalachterstanden, hebben baat bij geanimeerde in plaats van statische prenten. Deze maken het mogelijk om in te zoomen op details in het plaatje en verbanden tussen de gebeurtenissen expliciet te maken. Dit faciliteert de kinderen bij het leren van nieuwe woorden.
ChatGPT: "Papier heeft doorgaans minder afleiding dan digitale schermen. Er zijn geen meldingen of andere apps die de aandacht van de lezer kunnen afleiden."
Digitale media pakken op basis van de empirische evidentie overwegend ongunstig uit voor het lezen. Smartphones, het internet en schermteksten leiden tot oppervlakkig, gefragmenteerd lezen, wat diepgaande, geïntegreerde tekstverwerking ondermijnt. Als het gaat om het medium, doet het leesonderwijs er wijs aan om veel ruimte te blijven maken voor boeken en andere teksten van papier. Gedrukte media geven de grootste kans dat kinderen en jongeren uitgroeien tot vaardige lezers.
Papier geniet vooral de voorkeur als het langere teksten betreft, zoals fictie- en non-fictieboeken. Dergelijke teksten lenen zich er bij uitstek voor om diepgaand te lezen. Naast papier is de e-reader ook geschikt voor diepgaand lezen, maar de andere digitale apparaten in veel mindere mate. Docenten en leerlingen gebruiken tablets, smartphones en laptops dan ook bij voorkeur ter ondersteuning, bijvoorbeeld om achtergrondinformatie op te zoeken, te luisteren naast het lezen, of specifieke taalonderdelen, zoals technisch lezen, spelling en woordenschat, te oefenen.
ChatGPT: "Leraren spelen een cruciale rol bij het begeleiden en ondersteunen van leerlingen, het stimuleren van discussies en het aanpassen van het onderwijs aan individuele behoeften."
Dat de leesvaardigheid daalt, komt mede doordat het leesonderwijs voor tal van problemen en uitdagingen staat. Vanwege het oplopende tekort van docenten staan er steeds minder gedegen opgeleide professionals voor de klas. Tevens bestaat het leesonderwijs uit gestandaardiseerde methodes die vooral inzetten op leesstrategieën, zoals het herleiden van de hoofdgedachte, kernzinnen en signaalwoorden. Het toenemend gebruik van digitale media, zowel op school als thuis, draagt bij aan een verarming van het lezen, zowel kwantitatief (mensen lezen minder) als kwalitatief (mensen lezen minder diepgaand). ChatGPT en andere tools voor generatieve artificiële intelligentie brengen deze ontwikkeling waarschijnlijk in een stroomversnelling. De tussenkopjes met citaten zijn bedoeld om te illustreren dat Chat GPT leidt tot gestandaardiseerd, repetitief, clichématig taalgebruik: een versterking van de lagere taalkundige kwaliteit op sociale media.
Het huidige leesonderwijs brengt leerlingen onvoldoende in aanraking met het lezen en interpreteren van langere, authentieke, rijke teksten. Als dit wel gebeurt, en vooral als teksten worden geordend rondom bepaalde thema's uit bijvoorbeeld natuurkunde of wereldoriëntatie, pakt dit positief uit voor de leesvaardigheid en de leesmotivatie. Teksten op papier of de e-reader genieten binnen dergelijk thematisch leesonderwijs de voorkeur. Docenten kunnen deze aanvullen en verrijken met digitale bronnen, waardoor een rijk en veelzijdig thematisch netwerk ontstaat van verschillende tekstsoorten, genres en media. Doordat leerlingen teksten rond eenzelfde thema afwisselen, en dit doen van verschillende leesmedia, is er sprake van inhoudelijk georiënteerd taskswitchen. Zij leren het begrip en de interpretatie van elke nieuwe tekst integreren en verrijken met voorgaande teksten. Thematisch leesonderwijs kan de negatieve trends in de volgende PIRLS- en PISA-metingen ten positieve keren - vooral waar het de complexe leesvaardigheden betreft.
Proefschrift Digitaal lezen, anders lezen?
Niels Bakker is op 25 maart 2024 gepromoveerd aan de Vrije Universiteit op een proefschrift over verschillen tussen het lezen van papier en van schermen. Het proefschrift bestaat uit drie enquête-studies onder ruim 1.000 respondenten van 14 jaar en ouder, die representatief zijn voor de Nederlandse bevolking. Hiernaast zijn drie (quasi-)experimentele studies uitgevoerd onder respectievelijk brugklasleerlingen en studenten in het hoger onderwijs. Het proefschrift is verschenen bij Stichting Lezen en uitgeverij Eburon.